zondag 22 november 2009

Observatie van een godsdienstlesje

Lesonderwerp

Deze week staat het thema “Dozen” centraal in onze kleuterklas. Vandaag gaat de juf het verhaal van “Jacob in de doos” vertellen.



Levensvragen bij deze les

Hoe voelen we ons als we in de doos zitten? Waarom voelen we ons zo?
Waarom zijn we soms verdrietig?
Waarom voelen we ons zo?

Wat zijn de grote stappen, de fases die in deze les gezet worden met de kleuters?
Intro + Verkenning
De kleuters zitten samen in de kring. De juf zet een grote doos in het midden van de kring. Één kleuter mag even buiten op de gang gaan staan. Ondertussen kruipt er een kleuter in de doos. De andere kleuter mag terug binnen komen en moet raden wie er in de doos zou kunnen zitten. Zo gaat het spelletje even door, tot dat iedereen aan de beurt geweest is.

Verdieping
De juf vraagt aan de kleuters hoe het was om in de doos te zitten. Hoe voelde ze zich in de doos? Hoe was het daar? De kleuters antwoorden dat het donker was, en dat ze een beetje bang waren. Ook alleen was een woord dat vaak viel in dit gesprekje.

De juf speelt erop in door te zeggen dat ze ook iemand kent die zich alleen en verdrietig voelde. Ze vertelt het verhaal van Jacob. Niemand wou met Jacob spelen omdat hij van die vieze vlekken op zich had. Hij voelde zich niet goed, hij was alleen. Ook thuis wou niemand met hem spelen. Hij ging op zijn kamer in een hoekje zitten. Hij voelde zich juist alsof hij in een doos zat. Heel alleen en verdrietig. De kleuters vonden het allemaal heel erg, je zag het echt op hun gezicht. Maar toen kwam Jezus, hij kwam bij Jacob zitten en nam hem op zijn schoot. De andere kinderen zagen dit, nu vonden ze Jacob helemaal niet meer vies, want ze zagen dat er niets met Jezus gebeurde als hij Jacob aanraakte. Nu wilden ze terug met Jacob spelen.

Verwerking
Toch fijn hé dat Jezus met iedereen vriend is, en dat hij het opneemt voor Jacob. Zo moeten wij ook zijn hé als er een kindje zoals Jacob in onze klas zit. Jaaa roepen alle kleuters!
De juf haalt een beeldje van Jezus en neemt een kaarsje. De juf steekt het kaarsje aan vraagt aan de kleuters om hun handen bij mekaar te nemen. Ze gaan bidden. De juf maakt zelf een gebedje.
Het ging ongeveer zo:
Lieve Jezus,
Bedankt dat we zoveel vriendjes hebben en dan we zoveel met mekaar hier mogen spelen. Maar help ons ook met andere kindjes zoals Jacob te spelen. Dank u Jezus, kruisteken. Amen
Nu in de godsdienstles afgelopen, de kinderen mogen nu stempelen met verf en kleine dozen. Het thema wordt ook hier doorgetrokken.

Welke handleiding wordt hier gebruikt?

De tuin van heden

Wat is de sfeer in deze les? Onderscheidt deze zich van andere lessen? Waarin wel, waarin niet. Hoe wordt er aan deze sfeer gewerkt?

Tijdens de intro heerste er een fijne sfeer in de klas. Iedereen wou wel eens in de doos kruipen. De juf zorgt voor een spelletje, iets wat alle kleuters graag doen. In de andere lessen wordt er ook wel rond de sfeer gewerkt, maar dit was toch iets specialer.
Er wordt ook aan de sfeer gewerkt door bij het gebed een kaarsje aan te steken.

Hoe reageren de kinderen op deze les? Op welke momenten zijn ze betrokken, op welke momenten zie je de betrokkenheid dalen?

Ze reageren heel positief. Er is een hoge betrokkenheid van de kleuters tijdens deze les. Vooral tijdens het spel, maar ook tijdens het verhaal. De juf betrekt de kleuters echt in het verhaal wanneer de betrokkenheid misschien iets afneemt. Ze neemt ze telkens terug mee in het verhaal en koppelt het ook aan hun leefwereld.

Noteer enkele voorbeelden van levensvragen die deze kinderen stellen.

Waarom doen die vriendjes zo?
Waarom is hij ziek en heeft hij vlekjes?
Waarom wil niemand met hem spelen?

Aan welke component wordt vooral gewerkt?

B2: In verbondenheid met andere
De kinderen zien hier dat het belangrijk is om vrienden te hebben en om met elkaar te spelen. Elkaar uitstoten mag niet. We hebben elkaar nodig. We moeten iedereen aanvaarden hoe hij is.

dinsdag 17 november 2009

Geloofstijdschrift Naomi

Dit is de eerste keer dat ik kennis maak met een geloofstijdschriftje. Voordat ik de eerste godsdienstles binnenstapte had ik er eigenlijk nog nooit van gehoord. Ik heb gekozen om Naomi te lezen omdat dit aansluit bij het kleuteronderwijs.

Mijn eerste indrukken waren zeer positief, een heel mooi en kleurrijk tijdschriftje dat de kleuters ongetwijfeld wel zal aanspreken. Persoonlijk vind ik het een tof en leerrijk tijdschriftje om in de kleuterklas te gebruiken, om de kleuters kennis te laten maken met God. Ik zou het zeker gebruiken in de klas als ik de mogelijkheid had.

Wat me ook meteen opviel was dat er een duidelijke lijn zit in de tijdschriftjes. Ze draaien telkens rond een thema dat aansluit bij de leefwereld van de kleuters. De gevoelens staan hier ook centraal.

De Naomi die ik gelezen heb is die van september - oktober en heeft als thema ‘Hoe heet jij?’ Het sluit dus zeker aan bij de leefwereld van de kleuters, in het begin van het schooljaar is het vaak nog allemaal een beetje nieuw en kennen de kleuters elkaar nog niet zo goed.

In het tijdschriftje staat een mooi verhaalt om in de klas voor te lezen of te vertellen. Het gaat over nieuwe leerlingen in de klas en de gevoelens daarbij. Daarnaast staan er ook hele leuke activiteiten in om de kleuters aan het denken te zetten. Knutselwerkjes ontbreken zeker niet in dit tijdschriftje. Ook de manier waarop Jezus aan bod komt vind ik zeer mooi. Alles past bij elkaar en gaat over één thema.

Andere culturen komen ook in dit tijdschriftje aan bod, in dit nummer gaat het dan over, hoe heet de God van bv. de joden of de moslims? Zo maken de kleuters hier ook kennis mee. Als laatste staat in het tijdschrift een gebedje dat je samen met de kleuters kan bidden.

Kortom ik vind het zeer geschikt om iets meer met godsdienst te doen in de klas. Een echte aanrader om mee te werken, want zoals de slogan het zegt:


Naomi, want je bent nooit te klein om Jezus te leren kennen!

zondag 15 november 2009

Observatie van een godsdienstmoment

Om het volgende godsdienst thema (Dozen – Tuin van Heden) aan te brengen, vertelt de juf vandaag een verhaaltje over Jules. De bekende pop in de kleuterklas. Voordat de juf het verhaal vertelt, polst ze even in de klas of de kinderen ook al eens verdrietig zijn geweest om hun huisdier. Er komt veel reactie van de kleuters, maar anders dan de juf verwacht had. Ze vonden het helemaal niet erg wanneer hun hond wegliep, want die was toch naar stout of beet… de juf liet de kleuters even vertellen en begon even later met haar verhaal.


Het verhaal gaat als volgt…( in het kort)


Jules ziet een mooi konijntje dat in zijn tuin zit. Hij is zo blij en neemt het mee naar binnen. Even later gaat de bel. Er staat een meisje voor de deur, maar ze is heel verdrietig. Ze is haar konijntje kwijt! Jules vertelt dat hij het gevonden heeft en geeft het terug aan het meisje. Ze is zo blij, want ze dacht dat haar konijntje dood was. Ze bedankt Jules en gaat weer naar huis, samen met haar konijntje. Hanna zegt nog vlug tegen Jules dat hij altijd welkom is om naar het konijntje te komen kijken.


Na het verhaal vraagt de juf wat ze van het verhaaltje vonden en of ze het nu erg zouden vinden. Ze praten er een beetje over. De kleuters zouden het nu wel erg vinden en zeker als hun huisdier dood zou gaan….

De 5 geboden op dit moment toegespitst.

1 Verken met de kinderen levensbeschouwelijke dimensie van het leven. (groei)
De kinderen leren omgaan met verdriet, de dood, het verlies van een huisdier. Hoe voelen we ons dan… Ze praten samen met hun klasgenootjes en de groep hierover.

2 Wek daarbij hun belangstelling voor elementen van christelijk geloven. (traditie)
Niet van toepassing tijdens dit godsdienstmoment.


3 Geef de kinderen kansen om zelf actief te leren, te verkennen, na te denken, te ontdekken…
De kleuters mogen eerst zelf zeggen hoe ze zich voelen bij hun huisdier.(nadenken) Dan vertelt de juf een verhaal en daarna mogen ze weer zich verwoorden.


4 Maak verscheidenheid binnen en buiten de klas zichtbaar en relevant voor het leren.
Niet iedereen in de klas was verdrietig om zijn huisdier. Hier hebben de andere kleuters of de juf niet negatief op gereageerd. Iedereen gaat anders om met zijn verdriet of zijn huisdier.


5 Bied de kinderen ruimte om hun eigenheid als mens en gelovige te vinden, te uiten, te beleven, te vieren ook.
De kleuters uiten zich tijdens het klasgesprek.

donderdag 5 november 2009

The sound of music


Op zondag 25 oktober ben ik naar de musical voorstelling “The sound of Music “ in de stadsschouwburg van Antwerpen geweest.



Iedereen kent ongetwijfeld wel het verhaal van Maria en de zeven kinderen Von Trapp. Maria zit in het klooster niet echt op haar plaats, vindt moeder overste. Ze stuurt Maria naar de familie Von Trapp, waar ze moet zorgen voor de kinderen van de weduwenaar Georg Von Trapp. Deze kinderen zijn helemaal geen doetjes, ze hebben al vele gouvernantes versleten. Het lukt Maria toch om weer vreugde in het huis te brengen met haar vrolijkheid en liedjes. Al snel wordt ze verliefd op de kapitein en weet ze met haar gevoelens geen blijf meer. Ze vlucht terug naar het klooster. Daar wordt ze door moeder overste overhaalt om terug te keren. Niet veel later trouwt Maria met de kapitein. Alles lijkt in orde, maar na hun huwelijksreis moeten ze met het hele gezin vluchten voor de Duisters. Ze zoeken onderdak in het klooster en kunnen daarna ontsnappen aan de Duisters. Ze zijn vrij.

Het was een hele mooie voorstelling. Ik heb genoten van het begin tot het einde, maar wat mij het meest heeft aangegrepen was de terugkomst van Maria naar de familie. Je zag dat de familie zeer erg leed wanneer Maria er niet meer was. De kinderen verveelden zich en hadden geen zin meer om te zingen. Als ze dan toch moesten zingen van hun vader lukte het niet zo goed zoals bij Maria. Hun vader had hun juist aangespoord om te zingen toen Maria weer tevoorschijn kwam. Ze herleefde meteen, ze waren zo blij en zongen weer vrolijk mee. Op dat moment kreeg ik echt rillingen van boven tot onder,een echte krop in mijn keel en tranen in mijn ogen. Ik vond het echt zo een mooi moment, hoe Maria zo een onmisbaar persoon was geworden voor de familie. Zonder haar voelde ze zich triest, ze hadden geen zin meer om te zingen,… nu ze terug was gekomen veranderde dat meteen, iedereen was zo blij, ze hadden weer zin om te zingen, te dansen en te spelen. Hun leven had terug zin gekregen.

Als je dan Maria vervangt door onze godsdienst vindt ik het een heel mooi voorbeeld van, welke betekenis geeft godsdienst aan ons leven? We kunnen er gewoon niet zonder.


Na de voorstelling heb ik ook de cd van deze musical gekocht.
De Nederlandstalige versie.

Er staat een nummer (Ik kan heel de wereld aan – Deborah De Ridder) op dat ik opzet als ik weer even een moeilijk moment heb, tijdens de opleiding, stage, of wanneer ik me gewoon even niet goed voel. Dit liedje kan mij echt motiveren om verder te gaan, dan zet ik mezelf even in de plaats van Maria en zing uit volle borst mee. Ik kan er me echt in terugvinden, op mijn manier dan.

Het eerste deel, dat me het meest raakt kan ik niet terugvinden op internet. Hier vind je wel een fragment van op You Tube.

http://www.youtube.com/watch?v=pOgCz9EehoA